Okeleistraat

Okeleistraat

De Ockeleye is de naam van één van beide rederijkerskamers in Sint-Truiden, die voor het eerst vermeld worden in 1495. Vermoedelijk bestonden de Okelei en de Rozenkrans reeds veel eerder. ’s Zondags voor de vasten van het jaar 1495 speelde de Okelei toneel, een luchtig carnavalesk stuk in het kader van vastenavond. In de 15de en 16de eeuw luisterden de rederijkers talrijke processies op. Dat kon eenvoudig door hun aanwezigheid in hun kleurrijke uniformen. Vaak verzorgden ze voorstellingen van bijbeltaferelen of heiligenlevens, soms staand of stappend in de processie, maar meestal vanop hun speelwagens. Met het opkomend protestantisme, en de contra-reformatie als tegenreactie, worden de beide rederijkerskamers herhaaldelijk ter verantwoording geroepen door de stadsoverheid.

In 1568, nadat Willem de Zwijger met zijn geuzenleger de stad had ingenomen, werden de twee rederijkerskamers afgeschaft door een besluit van de overheid. Nadat abt Christoffel de Bloquerije na het betalen van losgeld naar de abdij was kunnen terugkeren, werd in 1569 een nieuwe rederijkerskamer opgericht, De Olijftak. Door allerlei bepalingen wordt de werking van deze nieuwe kamer door de abt en de prins-bisschop nauwgezet gecontroleerd.

Dr. Fl. Van Vinckenroye, De geschiedenis van de rederijkerskamers De Ockeleye en De Roosencrans te Sint-Truiden, in: Historische bijdragen, Sint-Truiden, 1968.

ONTDEKKING VAN DE DAG

IJzeren kruisen


Het station van Sint-Truiden, vermoedelijk op 11 augustus 1915. Een jaar na de veldslagen in Orsmaal-Gussenhoven en Halen zakt generaal Moritz von Bissing af naar het voormalige slagveld. Hij deelt er enkele IJzeren Kruisen (de hoogste Duitse onderscheiding) uit aan moedige soldaten.

Von Bissing, zelf een voormalige cavalerieofficier, was sinds december 1914 in functie als gouverneur-generaal december 1914 in functie als gouverneur-generaal van het bezette België. In die hoedanigheid is hij de hoogste Duitse militair van het land en heeft Von Bissing een nagenoeg onbeperkte macht. Von Bissing streeft naar een volledige naoorlogse aanhechting van ons land bij het Duitse rijk, maar hij sterft nog tijdens de oorlog, op 18 april 1917. Hij is dan 73. 

De Duitsers waren trouwens gek op de grandeur van dergelijke ceremonies. Op de voorgrond staat een muziekkapel met pinhelmen, klaar om een eresaluut te spelen. Uit verslagen uit de oorlogsjaren weten we dat diezelfde muziekkapel elke week het beste van zichzelf gaf op de kiosk in Sint-Truiden.

 Bron: HBVL.be

Lees: Sint-Truiden in de Eerste Wereldoorlog. Bronnenboek, Balen: Studium Generale, 2013.