Sint-Lutgardisstraat

Sint-Lutgardisstraat

Lutgardis werd in 1182 in Tongeren geboren als dochter van een rijke koopman. Zij trad als twaalfjarige in 1194 in bij het Catharinaklooster in Sint-Truiden. Dit benedictinessenklooster was gelegen waar nu het station staat, vandaar deze straatnaam in de tuinwijk achter het station. Zij leidde een intensief mystiek leven met vasten, onthoudingen en boetedoening. In 1205 werd ze priorin van het klooster, maar zij verlangde naar een strengere levenswijze. Een jaar later in 1206 verhuist zij naar het klooster te Aywières, dat de strengere regel van Citeaux had aangenomen. Hoewel zij tot haar dood op 16 juni 1246 In het Waals klooster bleef, zou Lutgart nooit de Franse taal geleerd hebben. Als flamingante avant la lettre werd Sint-Lutgart patroonheilige van de Vlaamse beweging.



Situeringsplan Sint-Lutgardisstraat

 

ONTDEKKING VAN DE DAG

De luipaarden zijn ontsnapt!

Paul Festraerts (°1921) was een ras-ondernemer die in de vleeshandel en bioscoopuitbating zijn ding deed. Met filmvertoning was hij al tijdens zijn legerdienst in contact gekomen. Hij richtte in de Rijschoolstraat de cinemazaal Roxy op. Hier de carnavalgroep Roxy met de 'tijgerkooi' op straat voor het pand in 1957. Zoon Rudi (+2019) zal later als reporter, leraar en lokaal politicus ook het carnaval enige intellectuele en promotionele onderbouw bieden. De naam 'Roxy' blijft als theater verder leven. 

Op de foto van links naar rechts: "bompa" Vanmechelen in kostuum, Rudi Festraerts en Paul Biets als wildedierenvangers in tropische outfit, diverse jongemannen en hondje met panterprint die tijgers moeten voorstellen, Toine "de lange" als Indische prins en tijgertemmer, Jef "de Pres" Vanwelkenhuysen en Paul Festraerts in kostuum. Voor de foto zijn de tijgers even uit de kooi...


Lees: Rudi FESTRAERTS, Roger CLERINX en Willem DRIESEN, 4 x 11 Orde van de Commeduur. Het carnavalsgebeuren in Sint-Truiden van toen en nu, met foto's en getuigenissen door tijdsgenoten, Sint-Truiden: Stadscarnavalvereniging Orde van de Commeduur, 2014.